vrijdag 13 november 2009

het fatsoen I

Hij was geen moraalridder, hij had nog nooit gevochten en een paard berijden kon hij ook niet, maar hield wel van fatsoen.
1. Uiterlijk fatsoen, waar ik u een paar voorbeelden van ga geven:
- niet spuwen op straat, tenzij ge een hele vuile groene of gele hebt die ge bij voorkeur in het rioolgat mikt
- uw coiffuur moet niet gecoiffeerd zijn, maar ge moet uw haar verzorgen. Ge moet ten allen tijde voorkomen dat de mensen zeggen dat ze frieten in uw haar kunnen bakken
- het is aan te raden dat ge uw tanden des avonds ook poetst, maar lukt het eens niet, dan moet ge ze toch zeker des morgens kuisen
- boeren en scheten mag bij mensen waarbij ge u op uw gemak voelt, of die dat gewoon zijn van u, maar bij nieuwe mensen liefst niet, als er toch een ontsnapt, doet ge alsof ge dat heel erg vindt, geen vettige luidkeelse lach bij dergelijk voorval
- etensresten horen in uw lichaam en niet erop

Dat zijn zo een paar voorbeelden, ge ziet dat hij niet extreem is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten