Het persoonlijke voornaamwoord voor een man is 'hij'. Alsof een man niet onbepaald kan zijn. Wat was het equivalent voor 'ze'? Was het 'he'? Dat bekt niet goed. Misschien 'ie'? Dat klinkt geografisch beperkt. En wanneer zijn we dat woord verloren en waarom?
De vrouw moet haar voornaamwoorden delen met de algemene (deel)verzameling van alle mannen en vrouwen. "Ze zaten aan de drank" - "Zij zaten aan de drank". Moet daaruit blijken dat de man wordt gezien als een speciaal schepsel onder de schepsels? Of zijn vrouwen dusdanig gevarieerd dat ze niet onder 1 noemer zijn te plaatsen (maar niet speciaal genoeg om er nieuwe woorden voor uit te vinden), in tegenstelling tot de mannen, die allemaal dezelfde zijn, als een eenvormige 'ik'?